De Bergrede: Het is iets meer. Mag dat?
De Bergrede is een hele bijzondere preek van Jezus. Hij begint met de verplichte kost voor een gelovige. Die staat in de Wet die toentertijd de Joden zo strikt mogelijk hielden. Dan komt er achteraan “maar Ik zeg je….” En komt er iets bovenop het verplichte, er is sprake van een surplus. Bovenop het ‘moeten’ komt de stap extra die je als christen mag zetten. Ik zeg expres ‘mag zetten’. Het is namelijk niet het heilige ‘moeten’ dat zo nog groter en zwaarder wordt dan het al was. Het is niet een nog groter juk dat Jezus op onze schouders legt.
In je werk heb je je verplichtingen. Je moet gedurende een bepaalde tijd aanwezig zijn en je moet bepaalde werkzaamheden verrichten om uitbetaald te worden. Zo kunnen we ook kijken naar de Bergrede. We ‘moeten’ al een heleboel en dan gooit Jezus er nog iets bovenop zodat het geheel nog zwaarder wordt. Je zou er moe van worden. Dat is ook soms het probleem met de Bergrede. Jezus legt er dingen bovenop die bijna onmogelijk zijn voor een normaal mens. Aan de verplichtingen die al in de Wet stonden, heeft ieder mens al zijn handen vol. En dan komt Jezus met Zijn surplus, met ‘nóg meer’.
De Wet kan met al zijn verplichtingen op je werk lijken. Verplichte kost die afwisselend gemakkelijk of moeilijk waar te maken is. Maar dan komt het bijzondere van Jezus. Hij weet dat we nooit de Wet helemaal kunnen houden, laat staan het surplus van de extra zaken. Dat klopt ook volledig. Wij als mens kunnen nooit van zijn leven aan de eisen van de Bergrede voldoen.
Daarom heeft Jezus ons de Heilige Geest gegeven. Die Geest die in ons woont. Die Geest die ons leidt en helpt. Die Geest die onze last draagt als wij dat zelf niet meer kunnen. Die Geest die troost en raad geeft. Die Geest die zoveel meer is dan wij uit onszelf zijn. Uit onszelf kunnen wij nooit of te nimmer het genoemde gedrag in de Bergrede uitvoeren. Wat zouden we door de mand vallen, als we dat uit eigen kracht zouden willen doen. Probeer het maar eens een dag en lees dan de Bergrede nog eens na. Dan schrik je van je eigen falen.
Maar gelukkig hoeven we het niet alleen te doen. Want de Heilige Geest bewerkt ons willen en ons kunnen. De Heilige Geest tilt ons op tot enorme hoogte. Door de Heilige Geest zijn we in staat zoveel meer te doen dan we ooit hadden kunnen denken of dromen. We zijn bestand tegen dingen die ons tegenzitten. We zijn echter ook in staat om juist die stappen méér te zetten zoals Jezus aangeeft. Zodat we vanuit de Wet kunnen zeggen: “Het is iets meer. Mag dat?”.
We komen zo op het verschil tussen een transactie zoals we die hebben op ons werk en een relatie zoals we die hebben met onze geliefden. Op je werk heb je dingen afgesproken. Je voert bepaalde taken uit voor een bepaalde som geld. De Wet en ons geloofsleven kan daar helaas soms een beetje op lijken. We doen en laten dingen zoals in de Wet staat, en zijn daarmee gehoorzaam aan onze God. Chargerend zou je kunnen afvinken aan het eind van je leven hoe je de Wet hebt gehouden en hoe blij God met je zal zijn. Maar zo werkt het niet. Ten eerste kunnen we de Wet al niet eens houden. Ten tweede heeft Jezus daar nog een enorme schep bovenop gedaan. Daar kunnen we ons helemaal niet aan houden uit eigen kracht. Als we de Bergrede zouden zien in het kader van een transactie, konden we wel fluiten naar onze beloning.
Jezus wil echter een relatie met ons. In een relatie doe je dingen voor die ander. In je relatie met Jezus doe je dingen waar Hij blij van wordt. Niet het minimum omdat dat verplicht is, maar juist die extra stappen die de relatie zijn glans geven. In een huwelijk zijn er bijvoorbeeld zogenaamde rechten en plichten. Als we ons aan die dingen houden en geen stap meer zetten, wordt het een kleurloos huwelijk. Zo is in elke relatie behoefte aan het surplus.
Wat betreft de Bergrede kunnen we dat niet uit onszelf. Dat surplus danken we aan de Heilige Geest die we hebben ontvangen. “Het wordt zo iets meer. En natuurlijk mag dat!”