Ook deze maand hebben we nog als thema Thuis. Voor gelukkig de meesten onder ons heeft ‘thuis’ een fijne betekenis. Het ontbreken van een veilig thuis is iets vreselijks als het je overkomt. Niets is zo ontwrichtend voor een mens als zo’n onveiligheid. Een huis hoort een veilig thuis te zijn.
Jezus spreekt ook over Zijn thuis en over het huis van Zijn Vader God. In Johannes 14 vertelt Jezus dat er in het huis van Zijn Vader plaats is voor veel mensen. Daar mogen we op vertrouwen. En Jezus vertelt daar dat als Hij weggaat, gaat Hij weg om voor ons een plaats klaar te maken. Zodra Hij die plaats heeft klaargemaakt, komt Hij terug. Dan neemt Hij ons mee en zullen we bij Hem zijn.
In de vertalingen NBG en HSV spreekt Jezus over de vele woningen in het huis van Zijn Vader. In de NBV wordt gesproken over vele kamers.
Bij één van mijn tantes was dat verschil woning-kamer niet belangrijk. Het gemis aan een eigen plek was best een dingetje. Ze trouwde laat omdat er ook in die tijd sprake was van woningnood. Eerdat zij en haar man een woning gevonden hadden, waren ze dik in de dertig. Er waren ook geen kamers beschikbaar zodat zij eerder konden trouwen en gaan inwonen bij iemand. Een woning was dus een kostbaar iets. Haar woning werd door haar gekoesterd. Hij was spic en span en tot in de puntjes verzorgd. Groot was dan ook het gemis toen zij als weduwe niet meer voor zichzelf kon zorgen en in een verpleeghuis terecht kwam op een kamer met andere mensen. Verschrikkelijk vond zij het dat ze nergens meer een plekje had dat ze ‘thuis’ kon noemen. Tijdens elk bezoek vroeg zij naar haar woning en vertelde zij hoezeer zij hem miste. Na zeven(!) jaar kreeg zij in het tehuis een eigen kamer. Het geluk was groot! Eindelijk een plekje om je terug te trekken en een thuis van te maken. Daar zag ik hoeveel het kan betekenen om een plekje voor jezelf te hebben.
Bij haar uitvaart, heb ik gesproken over Johannes 14. Hoe Jezus voor haar in het huis van Zijn Vader een woning of in elk geval een eigen kamer had klaargemaakt. Wat zij de laatste jaren op aarde zo gemist had, stond uitnodigend klaar voor haar bij haar overlijden. Zoals de vader van een bruidegom vroeger een huis bouwde of een aantal kamers aan zijn eigen huis bouwde. De bruidegom maakte dit verder klaar zodat hij zijn bruid kon gaan ophalen. Er stond zo voor haar een woning of een aantal kamers klaar om er een thuis van te maken. Zo stond er voor mijn tante een woning of eigen kamer klaar bij haar Hemelse Vader. Als lid van Jezus’ kerk, van Jezus’ bruid, had Jezus een plaatsje voor haar bereid. Zo was zij nooit meer ontheemd, nooit meer zonder thuis.
Ook voor ons heeft Jezus een plaats bereid. Ook voor ons staat er een woning of een aantal kamers gereed. Zodra Hij alles heeft klaargemaakt om Zijn bruid te kunnen ontvangen, komt Hij ons ophalen. Wat een feest zal dat zijn als Jezus terugkomt!
Vroeger hoopte ik weleens, als ik met iets heel leuks bezig was, dat het nog even zou duren voordat Jezus terugkwam. Nu kijk ik weleens naar de lucht en verlang ernaar om Hem terug te zien komen. Mezelf kennende, zou ik misschien heel hard zwaaien en juichen. Of sprakeloos kijken naar zoiets wonderlijks……
Het is goed te weten, dat wanneer ik al overlijd voordat Jezus teruggekomen is, er wel een plekje voor me klaarstaat. Ik los dan niet op in het heelal. Ik ben niet gewoon weg. Ik verhuis! Ik verhuis naar het huis van mijn Vader. Daar staat mijn nieuwe woning of nieuwe kamer al klaar. Zoals dat zo mooi door makelaars wordt omschreven: instapklaar!!!!